Menu

Het leidt geen twijfel dat antibioticagebruik resistentie in de hand werkt. De grootste hoeveelheid antibiotica wordt voorgeschreven in de eerste lijn, voornamelijk door huisartsen. Als we het antibioticagebruik willen verbeteren, moeten we de kwaliteit ervan kunnen inschatten.

Bij vierenvijftig huisartsenpraktijken met vierennegentig huisartsen, verspreid over heel Vlaanderen, worden gecodeerde gegevens gekopieerd naar en verder verwerkt in de centrale (Intego-)databank van de K.U.Leuven. Deze bevat momenteel gegevens over 265 000 verschillende patiënten en bijna 2 900 000 diagnosen sinds 1994.

De meeste antibiotica voor systemisch gebruik worden in de eerste lijn voorgeschreven, met luchtweginfecties (LWI) en urineweginfecties (UWI) als meest voorkomende indicaties. Het effect van voorschrijven van antibiotica voor deze aandoeningen op antimicrobiële resistentie kan worden waargenomen bij de individuele patiënt en op praktijkniveau.

Artsen beschouwen een cystitis dikwijls als een banale en goed gekende pathologie, gekenmerkt door een beperkt aantal symptomen zoals dysurie, dringende mictie (‘urgency’) en frequente mictie (‘frequency’).

Vergelijkingen van het gebruik van antibiotica en antischimmelpreparaten in verschillende Europese landen zijn uitgebreid gerapporteerd door het European Surveillance of Antimicrobial Consumption (ESA C), ook in Huisarts Nu.

Jaarlijkse influenzavaccinatie van risicopersonen is algemeen aanvaard en wereldwijd toegepast sinds de Tweede Wereldoorlog. Ouderen (65 jaar en ouder), bij wie ongeveer 90% van de influenzagerelateerde sterfte optreedt, personen met comorbiditeit ongeacht de leeftijd en kinderen met een chronische acetylsalicylzuurbehandeling zijn wereldwijd de voornaamste doelgroepen.

Voor de huisarts was het A/H1N1-virus en de vaccinatiecampagne in 2009 een nieuwe uitdaging. In het kader van een masterproef werd onderzocht wat de rol was van de huisarts in het informeren van de patiënt gedurende de A/H1N1-vaccinatiecampagne 2009 en in het motiveren tot vaccinatie met het A/H1N1-vaccin.

Wat zijn de belangrijke anamnestische en klinische elementen bij de diagnosestelling van piepende ademhaling bij kinderen? Is het huidige beleid bij kinderen met de symptoomdiagnose ‘piepende ademhaling’ in overstemming met de richtlijnen?

Om de antibioticaresistentie mee te helpen terugdringen werden tal van richtlijnen en interventies ontwikkeld om huisartsen aan te zetten om bij acute luchtweginfecties voorzichtiger om te springen met antibiotica. Het is vooralsnog niet duidelijk welke strategieën succesvoller zijn en waarom. Om dit te achterhalen kan kwalitatief onderzoek naar attitudes en ervaringen van huisartsen zinvol zijn.

Acute hoest is een van de meest voorkomende redenen om een huisarts te raadplegen en om in de eerste lijn antibiotica voor te schrijven. Artsen vragen hun patiënten vaak naar de kleur van het sputum en hoe ziek ze zich voelen om hun beslissing te onderbouwen om al dan niet een antibioticum voor acute hoest voor te schrijven.